Dagelijks verblijven ongeveer 500 kinderen van 0 tot 16 jaar in het Centrum. Talloze kinderen, die vaak thuis of op straat een ellendige periode doormaakten, vinden hier rust, liefde en aandacht. De opvang is veelzijdig: de kinderen krijgen gebalanceerde voeding, afgestemd op individuele behoeften, soms op medisch voorschrift. Ook genieten ze onderwijs, worden er talrijke cursussen aangeboden en kunnen ze naar hartenlust spelen. Voor iedereen is er gratis medische verzorging, door een arts en een tandarts, die één dag in de week op het Centrum beschikbaar zijn.
Bovenstaande beschrijving somt de faciliteiten van het Centrum kort op. Wat het effect van deze voorzieningen kan zijn op kansarme kinderen in deze regio van Brazilië, kan worden geïllustreerd door een persoonlijk relaas, bijvoorbeeld dat van Daiane Rafaely, te lezen onder aan deze pagina.
Het Centrum bedient zich van een integrale aanpak. Dit betekent dat naast het welzijn van de kinderen ook aandacht aan de omgeving wordt geschonken. De ouders van de kinderen betalen géén bijdrage, maar verplichten zich wel tot het bezoeken van ouderclubs. Daar krijgen zij informatie over opvoeding, verzorging en hygiëne en wordt hen toegang geboden tot het volgen van cursussen en beroepsopleidingen.
Dit recent gerestaureerde gebouw biedt plaats aan moederclubs, in drie zaaltjes. Ter verbetering van hun economische situatie, leren moeders werken met naald en penseel. Met hun kennis maken ze producten, die ze ter verkoop aanbieden en waarvan de opbrengst ten goede komt aan hun familie. Iedere dag, vijf maal in de week wordt er door vrijwilligers gedurende 3 uur les gegeven aan twee groepen van ruim 10 personen. De opkomst is groot, want tezamen is het aantal moeders, dat deelneemt dus 5 x 2 x 10 = 100 moeders per week.
Persoonlijk relaas van Daiana Rafaely:
“Capão Bonito, 20‐11‐2006
Oi. Mijn naam is Daiane Rafaely, ben 16 jaar en ga iets over mijn leven vertellen. Ik woon in de wijk Boa Esperança (Goede Hoop), reeds zestien jaar in een klein houten huisje. Vanwege de financiële situatie bij ons thuis, moest mijn moeder mij in een crèche plaatsen en verkoos die van padre Henrique. Ik was toen slechts één maand. Zo kon zij gaan werken voor het gezin, want naast mij had zij nog drie kinderen.
Mijn vader dronk veel en was altijd zonder werk en buitenshuis. Wat mijn moeder verdiende met haar werk, ontnam vader haar, om het in cachaça (Braziliaanse volksdrank) om te zetten. Toen ik 4 jaar was zijn ze gescheiden. Moeder kon er niet meer tegenop. Ze werd steeds door hem geslagen. Ik moest toen thuisblijven om op mijn broertjes en zusje te passen.
Als er geen werk was voor moeder, leden wij honger en veel verdriet. Zij bracht ons toen allen naar het centrum, waar ik begon op te leven. Wat ik daar aantrof, was thuis onbekend. Daardoor kan ik zeggen: Als dit Centrum niet bestond, weet ik niet wat ik nu zou zijn.
Op het Centrum kreeg ik goede voeding en leerde veel bij de vele activiteiten. Het betekende voor mij een nieuw leven, daar ik het grootste gedeelte van mijn leven daar heb doorgebracht. Ik leerde er zingen en dansen en bij alle evenementen werd ik uitgekozen, om er aan deel te nemen, tot grote trots van mama.
Ik heb de computercursus gedaan, wat ten goede kwam aan een grote kans, die ik kreeg na een sollicitatiegesprek op de Braziliaanse Bank in de stad, waar ik vanaf 2005 drie jaar een soort stage kan lopen die betaald wordt. Dit is een waar geschenk van God, want ik leer er veel, wat voor mijn verdere toekomst van groot belang kan zijn.
Ik ben nu al heel anders dan vroeger, ken mijn plichten, en weet te vechten voor mijn rechten en die van ons gezin. Via het werk heb ik veel vriendschappen kunnen maken en is de afdeling, waar ik werk, een nieuw thuis geworden. Ik voel me gelukkig met wat ik doe en dank vooral het Centrum voor deze kans, die ik via hen heb verkregen. Na een paar jaar zal een ander mijn plaats innemen volgens de regeling van de Bank en zal ik helaas moeten vertrekken. Maar ik weet al, waar ik heen ga. Ik ga terug naar het Centrum in de hoop, daar een baan te vinden als leidster. Ik dank en houd van allen op het Centrum en hoop, dat velen in hun leven een helpende hand vinden zoals ik, die toekomst garandeert.
Daiane Rafaely.”